advertentie
TECHNIEK
NIEUWE DUITSE NORM DIN 18534 ALS GOED VOORBEELD
Waterdicht tot achter de schermen
Meer dan ooit is het zaak de mogelijke risico’s van waterlekkage uit te sluiten. Water moet vooral vanaf de goede kant van tegels en voeg naar de afvoer te leiden. Lekkage naar andere belendende ruimten moet volledig uitgesloten zijn. Recent is mede daarvoor de zeer raadzame Duitse norm DIN 18534 uitgebracht.
MATTHIJS PRONKER
Wanneer is een waterscherm nodig? Tegelwerk zelf zou toch al waterdicht moeten zijn, zo redeneren velen. Vroeger ging het toch ook goed met die granitovloer en het gezette tegelwerk tegen de wand? Was daar sprake van lekkage, dan had dat doorgaans echt te maken met gebreken rond de kraanaansluiting of aantasting van de afvoer.
De huidige situatie is behoorlijk anders. Met de komst van de inloopdouches en een veel intensiever douchegebruik is de vochtbelasting enorm toegenomen.
Aan de goede kant
Dat water schaars wordt schijnt niet te tellen. Douchen is enorm toegenomen en ook intensiever dan voorheen. Meer dan ooit is het zaak mogelijke risico’s van lekkage achter wand of vloer uit te sluiten.
Recent is mede daarvoor de Duitse norm DIN 18534 uitgebracht. Het is raadzaam deze uitgave over het waterdicht maken van binnenruimten ter harte te nemen, omdat iets soortgelijks in ons land ontbreekt. De systemen voor waterdicht maken zijn in vele gradaties voorhanden, maar de voorschriften om deze toe te passen zijn nog niet eens in voorbereiding. Dus moeten we van de probleem veroorzakende kant naar de oplossingen toe kijken. Het is allemaal zo voor de hand liggend en toch wordt er over de simpele regels nog vaak heengestapt.
Douchewand
Het risico dat vocht achter de tegel terecht komt ligt om te beginnen bij de douchewand:
- Voegwerk ziet er ogenschijnlijk prima uit, maar dat het ook waterdicht is valt niet te garanderen.
- Kitvoegen als flexibele afdichting op de kritische aansluiting van twee wanden en van wand en vloer, toont te vaak gebreken.
- Ook de aansluiting van doorvoeren van kraan en vaste douche blijft kritisch.
- Bevestigingen van grepen, zeephouders en dergelijke kunnen een bron van lekkage zijn.
- Condensvorming achter de tegel kan op metalen delen van de waterleiding neerslaan, maar ook aan de achterkant van tegels als vocht daar gevangen zit.
Kranen
Zeer kritisch is de vaak ruime doorgang van kraan en douche. Om te beginnen mag het zorgvuldig aanbrengen van een flexibele mof op die plek geen discussie meer zijn. Of er na montage van de kraan ook een kitafdichting komt welke de opening in het tegelwerk afsluit, valt door mooie rozetten niet waar te nemen. Wat je niet ziet kan geen probleem zijn, denkt de gebruiker. Terwijl juist achter de wand de grootste calamiteiten kunnen plaatsvinden, druppel voor druppel, maand na maand.
Flenzen
Een belangrijke verbetering vormen de flenzen waarmee douchegoten en putjes zijn uitgevoerd. Om te beginnen dient een vochtscherm hier goed en dus waterdicht op aan te sluiten. Maar al weer geldt dat de kwaliteit van de voeg, waterafstotend of tweecomponenten, zorgt dat water direct in de afvoer loopt en niet eronder.
Voegen
Wat we wel zien is de voeg. Er moet in natte ruimten tenminste met een waterafstotende voeg gewerkt worden of, als dat kan, met een twee componenten variant. Bij zorgvuldige verwerking zal er weinig risico zijn dat water vanuit de voorkant achter de tegels komt. Het zorgvuldig aanbrengen van kitvoegen blijft wél een kwestie voor ervaren vakmensen. Dat geldt dus ook voor later onderhoud van voegen en kitten, want die blijven niet voor altijd mooi en goed.
Wandtegel
Stel dat vocht toch als een addertje zijn weg achter de tegel heeft gevonden, dan is er zelden een weg terug. Bij een goed uitgevoerd waterdicht scherm bereikt dit vocht niet de ondergrond. Het verdampt mogelijk wel, maar condenseert ook gemakkelijk tegen de achterkant van de (koude) tegel. Bij een traditionele wandtegel bestaat de kans dat dit vocht in de tegel dringt en zich achter het glazuur als verkleuring manifesteert.
Dit komt zo vaak voor, dat het een groot aandachtspunt in de branche geworden is. Dit jaar buigt een groep Europese vertegenwoor digers van tegelverwerkers zich over de klachten die dit fenomeen veroorzaakt. Ook Gerard Reus uitte recent als voorzitter van de Bovatin zijn zorg op dit punt.
Douchevloer
Met de komst van de inloopdouche, als vervanging van de claustrofobische cabine, wordt de vloer extra belast. Dus ook de strook vlak rond de instapopening van de douche. Gebreken kunnen zijn:
- Onvoldoende toepassing van waterafstotende voegen daar waar nodig.
- Onvoldoende afschot van minder dan 1,5% zodat water moeizaam zijn weg vindt naar de afvoer.
- Gebrekkige kitvoegen bij de aansluiting van de douchewand op de vloer.
- Een slechte aansluiting van een vast glazen douchescherm op de plek waar het glas in een vloerprofiel in de tegels is opgenomen.
- Een slechte afdichting rond douchegoot of putje.
Groot formaat
De komst van groot formaat tegels speelt een positieve rol als het gaat om reductie van het aantal voegen. Deze vermindering verlaagt logischerwijs het risico dat er op dat vlak gebreken ontstaan. Tegelijk vraagt dit soort tegels, meestal ook nog dunne platen, om een absoluut vlakke ondergrond en buttering floating als techniek, dus om ervaren verwerkers.
Met afmetingen tot 1.20 meter is het mogelijk om met één tegel breedte een afschot naar de douchegoot te maken. Dat lijkt alleen maar voordelen te bieden, maar het vergt zeer nadrukkelijk een secure uitvoering. Dat begint al met het mechanisch mengen van lijm en voegmortel om voor een homogene massa te zorgen.
Tenslotte
Omdat in ons land een norm als DIN 18534 (nog) niet van kracht is, rijst de vraag hoe we ons het beste kunnen opstellen bij de aanpak van natte ruimten. Om te beginnen zorgen dat iedereen die hiermee te maken heeft, doordrongen is van een gezonde aanpak. Dus ook een werkvoorbereider. Gezien het samenspel van installateur en tegelzetter moet duidelijk zijn waar de verantwoordelijkheden liggen, zoals bij het afleveren van een waterdichte kraan- of douchedoorvoer. Zeker in douches is het juiste type voeg van groot belang. Zo’n verantwoorde keuze moet eveneens gelden voor de kit en de manier van aanbrengen.
Uiteindelijk is met de komst van de inloopdouche en het intensievere douchegebruik de ervaren verwerking meer dan ooit van doorslaggevend belang. Het is goed daarbij de uitgangspunten van DIN 18534 in overweging te nemen. Dit kan veel schade en onnodig herstelwerk voorkomen. Het moet ertoe leiden dat iedereen onbezorgd van de badkamer gebruik kan maken, net als vroeger.
DIN 18534
Om het risico van vocht achter de tegels te ondervangen werd in Duitsland de nieuwe DIN 18534 in het leven geroepen. Deze norm, uitgebracht samen met vier andere wetten voor afdichting, spitst zich toe op binnenruimten. Het vakblad Fliesen und Platten maakte duidelijk waar de nieuwe norm uit bestaat.
Om te beginnen maakt DIN 18534 een duidelijk onderscheid in waterbelastingsklassen, ofwel waar het nauwelijks nat wordt en waar juist heel veel.
- W0-I (gering): oppervlakken die niet regelmatig in contact komen met spatwater (wanden in badkamers en de keuken, woningvloeren zonder afvoer)
- W1-I(matig): vlakken die niet frequent met water in aanraking komen, zonder intensief ophopend water (wanden boven badkuipen en binnen douches, woningvloeren met een afvoer) 3.W2-I(hoog): vlakken die frequent met water in aanraking komen (wanden van douches in sport/ werkruimten; vloeren met afvoer en/of goten; vloeren van douches waar de vloer vlak doorloopt in de aangrenzende vloer)
- W3-I(zeer hoog): oppervlakken met zeer frequente of langdurige belasting met douche- en/of stromend water en/of intensieve reiniging met water (hoge druk)( voortdurend ophopend en aanwezig water, bijv. in een zwembad)
- Klassen waar ook nog eens belasting met chemische stoffen aan de orde zijn, hier buiten beschouwing gehouden.
Systemen
Om de ondergrond goed af te schermen gaat de norm uit van de volgende systemen:
- Kunstharsdispersie;
- Kunststof mortels;
- 2 – componentenmortels (epoxy);
- Afdichtingsfolies;
- Plaatvormige afdichtingen;
Voor de eerste twee categorieën (Wo-I en W1-I) zijn alle genoemde maatregelen toe te passen. Voor de situaties met een hogere belasting (zwembaden) is een product op basis van kunstharsdispersie alleen voor de wanden geschikt. De zeer hoog belaste gevallen hebben een 2-componenten behandeling nodig of afdichtingfolie. Hier houdt de norm een slag om de arm en wil ook methodes accepteren die door fabrikanten worden aangeraden en ongetwijfeld ook gegarandeerd.
Op basis van ervaring wordt geadviseerd bij dispersieafdichtingen te werken in twee lagen met verschillende kleuren. Zo valt te zien dat er voldoende dekking is. Bij in- of uitwendige hoeken wordt voorgevormd weefsel toegepast. Dit sluit gebreken op die plaats beter uit dan vlak band dat in de hoek moet worden gedrukt. Waar band wordt ingezet om bij voorbeeld plaatnaden af te dichten, is een minimale overlap nodig van 50 mm. Vloerafdichtingen moeten tenminste 50 mm tegen de wand worden opgetrokken. Dit volgens Duitse normen die als voorbeeld dienen voor aangrenzende landen.
U bevindt zich hier:
HOME
Een greep uit onze artikelen
Artikelen uit 2017
Berichten uit 2017 - nr. 6
Waterdicht tot achter de schermen